woensdag 19 oktober 2011

Een achterdeurtje voor Mauro


Minister Gerd Leers © afp
ANALYSE - Minister Leers wil jonge asielzoekers die niet in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning in de toekomst sneller uitzetten. Lang voordat ze zich hier thuis voelen en geïntegreerd zijn. Maar waar stuur je kinderen heen die zeggen nergens naartoe te kunnen?
Na alle ophef over de Afghaanse gymnasiaste Sahar heeft ook het volgende probleemgeval voor minister Leers (immigratie en asiel) een gezicht gekregen: Mauro Manuel. Hij werd als 10-jarige jongen door zijn moeder in Angola op het vliegtuig gezet en kwam alleen in Nederland aan. Asiel kreeg hij in alle procedures niet, maar desondanks is hij hier nu al tien jaar, thuis in Limburg bij zijn pleegouders, volledig vernederlandst.

Leers besliste eind september dat de jongen terug moet, de Tweede Kamer vroeg hem dat te herzien. Het is niet zomaar iets als de hele Kamer hetzelfde vindt, zei Leers, en hij beloofde de zaak nog een keer te bestuderen. De minister is op zoek naar een achterdeurtje. Hoe kan hij voor Mauro een uitzondering maken zonder het risico te lopen dat zich 'nieuwe Mauro's' aandienen?

Voor de langere termijn werkt Leers aan nieuw beleid, om te voorkomen dat alleenstaande minderjarige asielzoekers (ama's) die geen uitzicht hebben op asiel hier wortelen. Straks wordt alles in het werk gesteld ama's zo snel mogelijk naar het thuisland te begeleiden. Nieuws over hoe die plannen verder worden uitgewerkt, volgt volgens een woordvoerder pas later dit jaar.

Tot 2001 had Nederland een ruimhartig toelatingsbeleid voor ama's en dus een grote aantrekkingskracht op mensensmokkelaars. Het aantal aanvragen van jonge asielzoekers steeg van 2660 in 1997 naar bijna 7000 drie jaar later. Toen de regels na 2001 waren aangescherpt, zakten de aantallen. In 2010 vroegen 700 minderjarige vreemdelingen asiel aan.

In de jaren van de grote toeloop was het aandeel Angolese kinderen groot. De overheid besloot in 2003 tot het stichten van een weeshuis in de hoofdstad Luanda. Zo was er opvang in eigen land en konden kinderen worden teruggestuurd. Rechters gingen hiermee akkoord. Inmiddels is er ook zo'n 'Nederlands huis' in Congo, in landen als China wordt bij terugkeer zakengedaan met bestaande weeshuizen.

Via die 'terugkeerhuizen' wil de minister dus snellere uitzetting bewerkstelligen. Niet iedereen vindt dat een goede oplossing. In Angola is er in de afgelopen acht jaar nauwelijks gebruikgemaakt van de opvangplekken. Het ministerie stelt dat teruggestuurde weeskinderen, ondanks al hun 'zielige verhalen', toch ineens wel families bleken te hebben die hen op het vliegveld opwachtten. Kinderrechtenorganisaties waarschuwen echter dat er ook verhalen bekend zijn dat kinderen na terugkeer weer in handen vielen van mensenhandelaren en nu in de prostitutie werken, of anders worden uitgebuit.

Leers hoopt met hulp van de Europese Commissie het opsporen van familieleden in het land van herkomst te verbeteren. Daarnaast wordt de opening van een terugkeerhuis in Afghanistan voorbereid, omdat daar tegenwoordig de grootste groep alleenstaande kinderen vandaan komt. Ook dat gebeurt in samenwerking met andere Europese landen. De oplossing met die wees- of opvanghuizen wordt nu als goed voorbeeld gebruikt, klagen de critici, zonder dat we precies weten wat er daar ter plekke met teruggestuurde kinderen gebeurt.

CDA Kleurrijk: Nieuw beleid moet nu al gelden
Minister Leers vindt dat jonge asielzoekers die hier al jaren zijn met goed fatsoen niet uitgezet kunnen worden. "We moeten eerder kijken of ze terug kunnen. Maar als ze als kind mogen blijven, dan hoeven ze ook niet meer op hun achttiende weg", zei hij daarover. Hoewel hij erkent dat het 'oude' beleid voor pijnlijke situaties heeft gezorgd, wil hij nieuw beleid nog niet voor Mauro laten gelden. Zijn partijgenoten van de werkgroep CDA Kleurrijk riepen hem daartoe gisteren wel op: "Wij willen eenzelfde milde behandeling voor ama's. In de toekomst, maar ook nu." CDA Kleurrijk wil dat Leers voor Mauro en soortgelijke 'gevallen' gebruikmaakt van zijn discretionaire bevoegdheid, de mogelijkheid om in schrijnende zaken uitzonderingen te maken. "Het is logisch dat hij daarvoor zijn beoordelingsvrijheid als minister gebruikt", zegt voorzitter Kaya Koçak.


ga naar artikel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten