Van onze redacteur

Zelf had hij een bloedhekel aan het woord 'crisismanager', maar dat was hij wel: begin 2010, toen de opvangcrisis bij Fedasil al volop woedde, werd Peter De Roo door de federale regering aangesteld als 'afgevaardigde voor de opvang van asielzoekers'. Het was zijn taak om extra opvangplaatsen te creëren en daarbij vooral te bemiddelen tussen de gemeenten en OCMW's enerzijds en Fedasil anderzijds. Zijn mandaat werd al enkele keren verlengd, het laatst nog door staatssecretaris Maggie De Block (Open VLD) in januari. Maar dat verhaal stopt nu.

'Het mandaat van meneer De Roo loopt af op 31 maart', zegt Els Cleemput, woordvoerster van De Block. 'In deze tijden van besparingen is het niet te verantwoorden dat we iemand met zo'n hoog loon in dienst houden voor zo weinig taken. De Roo moest de contacten met de gemeenten en OCMW's aanhalen. Maar nu alle bevoegdheden onder één staatssecretaris zijn samengebracht, doen we dat zelf.'

Het kabinet heeft zich voor die beslissing gebaseerd op een evaluatie en aanbeveling van de directeur-generaal ad interim van Fedasil, Fanny François. Fedasil bevestigt dat, maar zegt dat de evaluatie niet ging over de persoon van De Roo, maar over de functie. 'De conclusie was dat die inderdaad overbodig is geworden', zegt woordvoerster Mieke Candaele.

In elk geval is op het terrein waardering te horen voor het werk van De Roo, alsook bezorgdheid over wie zijn werk zal voortzetten.

Verzuurde relatie

De voorbije twee jaar slaagde De Roo erin om met alle opvangpartners duizenden extra opvangplaatsen te vinden. De Block wil daar niet meer op inzetten. Met een plan, dat ze eind deze maand op de ministerraad wil voorstellen, hoopt ze de instroom van asielzoekers aan banden te leggen en de uitstroom van asielzoekers te versnellen, waardoor geen extra opvangplaatsen meer nodig zijn.

Maar ook de verzuurde persoonlijke relatie tussen De Roo en De Block heeft ongetwijfeld een rol gespeeld in de beslissing. Vooral zijn 'open brief' (DS 1 februari), waarin hij De Block aanmaande snel werk te maken van winteropvang voor dakloze asielzoekers, ligt de staatssecretaris zwaar op de maag.

De Roo schreef de brief naar eigen zeggen 'om humanitaire redenen', maar in een scherpe reactie noemde De Block zijn démarche toen 'deloyaal'. De brief miste in elk geval zijn effect niet: wat maandenlang onmogelijk was, kon in één nacht wel: opvang vinden voor al wie dat wenste.

In de weken daarna werd De Roo door het kabinet genegeerd. Dat hij goede contacten onderhoudt met oppositiepartij N-VA werd hem ook niet bepaald in dank afgenomen.

Vrijdag is zijn laatste werkdag. Veel commentaar wil hij daar niet over kwijt. 'Alleen dat ik tot op de laatste dag nog opvang zal zoeken. Gisteren (eergisteren, red.) zat ik nog in Tervuren, vrijdag ga ik naar Dinant. Er is nog budget om enkele honderden lokale opvanginitiatieven te creëren.'