vrijdag 30 maart 2012

Bewijs misdaden 1F-asielzoekers lastig


(ACHTERGROND) Rafiq Naibzay (45) uit Hoogblokland moet Nederland verlaten, omdat hij in het verleden werkte bij de Afghaanse geheime dienst. In Nederland wonen een paar honderd van deze zogeheten 1F-asielzoekers, maar niemand weet wat ze precies hebben misdaan.
In november 1918, aan het eind van de Eerste Wereldoorlog, vluchtte de Duitse keizer Wilhelm II naar het neutrale Nederland. Hij werd in ons land opgenomen, woonde in een kasteel in Doorn en hield zich tot zijn dood in 1941 vooral bezig met houthakken. Joris van Wijk, criminoloog en jurist aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, haalt dit voorval aan in een recente bijdrage in het Tijdschrift voor Criminologie over artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag. Zou keizer Wilhelm vandaag de dag asiel hebben aangevraagd in Nederland, dan zou hij op basis van dit artikel zijn afgewezen, aldus Van Wijk.

Uitsluiten van asiel
Artikel 1F bepaalt dat een land iemand mag uitsluiten van asiel, als er 'ernstige redenen' zijn om te veronderstellen dat deze persoon een oorlogsmisdaad of misdrijf tegen de menselijkheid heeft begaan. Over de asielzoekers die op basis hiervan worden afgewezen in Nederland, is weinig bekend. Wel is duidelijk dat de meerderheid bestaat uit Afghanen, die hebben gewerkt bij de staatsveiligheidsdienst tijdens het communisme. Zij zijn gevlucht, nadat de Taliban in 1996 aan de macht waren gekomen. Nederland gaat uit van de opvatting dat elke (onder)officier die bij de Afghaanse veiligheidsdienst heeft gewerkt, actief heeft meegewerkt aan schending van de mensenrechten.

Naibzay
En daarom moet de 45-jarige Rafiq Naibzay uit het Zuid-Hollandse dorp Hoogblokland vertrekken uit Nederland. Hij probeert al ruim veertien jaar een verblijfsvergunning te krijgen, maar zijn verleden bij de Afghaanse geheime dienst staat dat in de weg. Burgemeester Els Boot van de gemeente Giessenlanden wil niet dat de lokale politie meewerkt aan zijn uitzetting. Naibzay is onmisbaar in zijn gezin, vindt ze. Bovendien is volgens haar nooit gebleken dat de Afghaan zich schuldig heeft gemaakt aan mensenrechtenschendingen. Hij heeft geen strafproces gekregen, waarin hij zich tegen die aantijging kon verdedigen.

Meestal onduidelijk

Het is een van de grote vragen in het 1F-debat: in hoeverre moet de regering per geval het vermoeden staven dat iemand heeft meegewerkt aan oorlogsmisdaden? Volgens Van Wijk is bij voormalige geheim agenten uit Afghanistan meestal onduidelijk welke rol zij hebben gespeeld bij oorlogsmisdrijven en om welke misdrijven het precies gaat. Toch gaat de regering er op basis van een ambtsbericht van Buitenlandse Zaken uit 2000 van uit dat alle (onder)officieren 'persoonlijk betrokken zijn geweest bij het arresteren, ondervragen, martelen en soms executeren van verdachte personen'.

Zaken
Jaarlijks wordt in zo'n honderd zaken door de Immigratie en Naturalisatiedienst onderzocht of artikel 1F van toepassing is. Gemiddeld is dat volgens de IND in ongeveer een kwart van die zaken het geval. Binnenkort doet de Raad van State nog uitspraak in twee individuele 1F-zaken. Bruin verwacht niet dat de RvS daarin haar jurisprudentie zal wijzigen. Van de 700 1F-ers die Nederland tussen 1998 en 2007 registreerde, zijn er maar vier veroordeeld in Nederland, stelde criminoloog Joris van Wijk vast. Daarnaast zijn twee asielzoekers uitgeleverd aan het Rwandatribunaal. "Waar de overige 694 personen zijn, is grotendeels onbekend", aldus Van Wijk. Van 120 personen zou de overheid weten dat ze Nederland hebben verlaten, maar de overige 574 'kunnen overal en nergens zijn'.
Burgemeester Kerkrade en UNHCR-directeur over 1F-status asielzoekers

Geen opmerkingen:

Een reactie posten