zondag 13 november 2011

VVSG pleit voor korte waterdichte en voldoende opvang Asielzoekers

(09/11/2011) Fedasil wil het gebrek aan opvangplaatsen in de opvangcentra voor asielzoekers oplossen door 4000 bewoners uit deze centra door te sturen naar de OCMW’s voor financiële steun, gekoppeld aan een spreidingsplan. Het verleden heeft nochtans bewezen dat dit zowat het slechtste is wat men kan doen: in plaats van kwalitatieve opvang en begeleiding krijgen asielzoekers een cheque en worden ze bij hun zoektocht naar onderdak overgeleverd aan huisjesmelkers. Bovendien creëert men hierdoor een aanzuigeffect op nieuwkomers. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten pleit voor korte en waterdichte procedures en voldoende opvang
De federale regeringsonderhandelaars buigen zich binnenkort over het probleem van asiel en migratie. OCMW’s spelen hierbij een cruciale rol in de opvang van asielzoekers via de lokale opvanginitiatieven, goed voor zo’n 40 % van alle opvangplaatsen en ingebed in 85 procent van de Vlaamse gemeenten. Gemeenten met een opvangcentrum van Fedasil of het Rode Kruis op hun grondgebied doen inspanningen om dit centrum te integreren in de lokale gemeenschap. Burgemeesters worden ook ingeschakeld om uitgeprocedeerde asielzoekers administratief op te volgen met het oog op hun uitwijzing. Het asielbeleid is een federaal beleid, maar de lokale besturen ondervinden er wel dagelijks aan den lijve de concrete en menselijke gevolgen van.

Voor het derde jaar op rij worden we met hetzelfde probleem geconfronteerd: het opvangnetwerk voor asielzoekers zit weer vol. Ondanks alle maatregelen die eind vorig jaar genomen werden: extra noodopvang in kazernes en op militaire sites, extra plaatsen in de lokale opvanginitiatieven van de OCMW’s, extra personeel voor de vluchtelingeninstanties om meer dossiers te kunnen verwerken. Op dit moment bedraagt het aantal asielaanvragen zo’n 3.000 per maand terwijl we met al die extra maatregelen maar 2..000 dossiers per maand aankunnen en de achterstand in behandeling dus blijft groeien.

Het voorstel van Fedasil om de zaak onder controle te krijgen getuigt van weinig originaliteit en legt de bal opnieuw in het kamp van de lokale besturen: zo’n 4000 bewoners uit de opvangcentra doorsturen naar de OCMW’s voor financiële steun, gekoppeld aan een spreidingsplan. Het verleden heeft nochtans bewezen dat dit zowat het slechtste is wat je kan doen : in plaats van kwalitatieve opvang en begeleiding krijgen asielzoekers een cheque en worden ze bij hun zoektocht naar onderdak overgeleverd aan huisjesmelkers. Bovendien creëer je hierdoor een aanzuigeffect op nieuwkomers. Het spreidingsplan leidt ook niet tot een effectieve spreiding van de asielzoekers omdat enkel de financiële en administratieve kost gespreid wordt maar de asielzoekers gaan wonen waar ze willen.

De federale overheid moet een beleid ontwikkelen dat gebaseerd is op drie pijlers: vooreerst alles op alles zetten om de instroom onder controle te krijgen. Hiervoor is een korte en waterdichte procedure nodig, met garanties voor de rechten van de verdediging en met een beroepsmogelijkheid, maar zonder ontsnappingsroutes zoals de regularisatie om medische redenen. Ten tweede moeten tijdens de asielprocedure alle asielzoekers terecht kunnen in een opvangcentrum dat hen goed opvangt en begeleidt. Een fijnmazig netwerk van lokale opvanginitiatieven via de OCMW’s leidt automatisch tot een effectieve spreiding van de asielzoekers over alle gemeenten in ons land. Tot slot moeten afgewezen asielzoekers onder begeleiding terugkeren, vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten